field-1246620_1920

Biosecurity steeds belangrijker

06-11-2018

De basis van een goede gezondheidsstatus op het eigen bedrijf begint met een goede biosecurity. Het continu uitvoeren van goede biosecurity kost tijd, maar door de druk op zowel diergezondheid en volksgezondheid is enorm belangrijk voor de bedrijfsvoering. Een goede biosecturity draagt bij aan goede resultaten en verhoging van de gezondheidsstatus.

De pluimveesector is door de jaren heen geëvolueerd van een kleinschalige naar een industriële veeteelt, waar wordt gestreefd naar een optimalisatie van onderdelen als voeding en genetica. Deze hoge productiviteit zorgt echter dat iedere ziekte-uitbraak meteen een belangrijke impact heeft op het bedrijf waar de ziekte is uitgebroken, maar ook op de pluimveesector in het algemeen. Dit kan het ondernemen van belangrijke bioveiligheidsmaatregelen aanmoedigen.

Het hoofddoel van het ondernemen van bioveiligheidsmaatregelen is om de infectiedruk in een bedrijf steeds zo laag mogelijk te houden. Door een verlaging van de algemene infectiedruk wordt het immuunsysteem van een dier minder belast, met een kleinere kans tot ziektedoorbraak als gevolg en zo ook een beter dierenwelzijn.

Door de potentiële risico’s voor een ziekte-uitbraak te doen dalen op basis van gerealiseerde bioveiligheidsmaatregelen kunnen ook andere gunstige consequenties voor uw bedrijf vastgesteld worden. Zo werd er geconstateerd in meerdere studies in de varkenshouderij. Dit kan zeker ook doorgetrokken worden naar de pluimveehouderij, dat bioveiligheid een positieve associatie vertoont met de productieresultaten (zoals bijvoorbeeld de dagelijkse groei) en de rentabiliteit van een bedrijf en dat het antibioticumgebruik van een bedrijf gereduceerd kan worden indien verschillende bioveiligheidsmaatregelen geïmplementeerd worden in het productieproces.

Hoe kunnen we zien waar we staan met de biosecurity op het bedrijf en wat kunnen we verbeteren. AVINED heeft informatie verzamelt en stelt deze via de website beschikbaar:

Rapport

Door het Wageningen Bioveterinay Research (WBVR) is in opdracht van het ministerie van LNV een onderzoek verricht voor het bundelen van alle informatie over de aanwezigheid van Hoog pathogenie Aviaire Influenza in de Nederlandse commerciële pluimveebedrijven en wilde vogels.

In dit rapport zijn vijf introductieroutes geïdentificeerd voor een besmetting met HPAI virus in commercieel pluimvee. Voor elke route is de kans op introductie ingeschat (zeer laag tot zeer hoog).

De kans dat HPAI virus wordt geïntroduceerd in pluimvee door het contact met wilde vogels wordt ingeschat als medium. Dit komt doordat er eind augustus/begin september dode wilde vogels besmet met H5N6 zijn gevonden in Nederland en Denemarken en door de melding van het HPAI H5N6 besmette hobbybedrijf in Duitsland. Er zijn momenteel geen HPAI besmettingen gerapporteerd van commerciële pluimveebedrijven in Nederland en naburige landen, dus de kans op insleep via ander pluimvee is zeer laag.

Er is een kleine kans dat de omgeving weer is besmet met HPAI door de wilde vogels. De kans op de introductie van HPAI via de (illegale) import van pluimvee of bijzondere vogels wordt ingeschat als zeer laag.

Concluderend, het risico voor de Nederlandse commerciële pluimveehouderij om besmet te raken met HPAI wordt ingeschaald als medium. Om enig gevoel te krijgen bij de betekenis hiervan, maar zonder daarmee een kwantitatieve risicoanalyse te suggereren, moet gedacht worden aan een orde van grootte van één introductie per 2 tot 5 jaar.

Hier vindt u het rapport.

 Nadere achtergrondinformatie:

Actualiteiten op het gebied van pluimveegezondheid in Europa:

  •  In Bulgarije zijn vanaf begin oktober 4 pluimveebedrijven op 1 legkippenbedrijf en 3 eendenbedrijven en bij 2 backyard koppels HPAI H5N8 besmettingen vastgesteld in de zuidelijke regio’s Plovdiv en Haskovo.
  • In Zweden is op 17 oktober in de zuidelijke provincie Västra Götalands län op een pluimveebedrijf met 5.000 binnengehouden kippen NCD vastgesteld.
Kip (2)

Pagina delen