In mei en juni van dit jaar hadden Noord- en Midden-Limburg te maken met extreme neerslag, met grote wateroverlast als resultaat. Het waterschap Peel en Maasvallei constateerde medio augustus dat de waterafvoeren in de beken zijn gedaald naar gemiddelde zomerstanden.

Het grondwater is in een groot gedeelte van het werkgebied weer gedaald tot normaal niveau. Dat neemt niet weg dat er toch plaatselijk natte plekken op de akkers aanwezig zijn.

Waarom water vasthouden als er plaatselijk nog stukken land onder water staan?

Vanwege de daling van waterafvoeren en grondwaterstanden richt Waterschap Peel en Maasvallei zich niet alleen meer op het afvoeren van water maar ook weer op het vasthouden van water, zoals gebruikelijk is in de zomer. Vanuit de noodsituatie in mei en juni komen we langzaam weer in een normale situatie voor de tijd van het jaar. Dat betekent niet dat de stuwen meteen weer in de (hoogste) zomerstanden staan, maar het gaat om ‘een tandje’ omhoog.

Door de gunstige groeiomstandigheden constateert het waterschap Peel en Maasvallei in sommige beken een forse na-groei van planten en grassen. Op plekken waar dit risico's kan opleveren voert het waterschap een extra maaibeurt uit.