field-1246620_1920

Geen wijziging in normen mestboekhouding

13 jan 2015
Het Ministerie van Economisch Zaken was van plan om de forfaits voor de dierlijke mest aan te passen. De aanpassing is met een jaar uitgesteld. Komend jaar kan er dus nog gewoon met de oude (2014) normen gerekend worden.

De vraag is natuurlijk: wat zijn de consequenties van de aanpassing van de normen voor mij als paardenhouder? Om daar een concreet antwoord op te kunnen geven, nemen we u mee naar de mestboekhouding voor paardenhouders.

Heeft u per jaar meer dan gemiddeld 7 paarden of 17 pony’s op stal staan? Dan bent u verplicht om een mestboekhouding bij te houden. Het gemiddeld aantal paarden/pony’s, gestald op uw bedrijf is de basis van de berekening van de eindvoorraad.

Op een diertelkaart worden de aantallen paarden/pony’s en de aan- en afvoer van mest en kunstmest ingevuld. Daarnaast wordt het aantal hectares genoteerd. Deze gegevens moet u verplicht 5 jaar bewaren. Het is dus niet nodig om de administratie te verzenden naar RVO(Rijksdienst voor Ondernemend Nederland).

U moet wel elk jaar, vóór 1 februari de eindvoorraad meststoffen aan de RVO doorgeven. Deze eindvoorraad is gelijk aan de beginvoorraad meststoffen van het volgende jaar. Vóór 1 februari krijgt een paardenhouder een brief van RVO met het verzoek “aangifte van aanvullende gegevens” te doen. Als verzuimd wordt aangifte te doen, dan kan een boete volgen.

Het is handig om voor 2015 alvast een gebruiksruimte te berekenen. Aan de hand van het geschatte aantal paarden/pony’s en aantal hectares in gebruik kunt u de aan- en afvoer van mest begroten en bepalen hoeveel kunstmest u mag uitrijden.

Het is belangrijk dat u gedurende het jaar de volgende dingen bijhoudt en noteert:
  • Het aantal paarden per maand en per gewichtscategorie (paard/pony);
  • Beginvoorraad (eindvoorraad voorgaand jaar);
  • Vervoersbewijzen van af- en aangevoerde dierlijke mest;
  • Kunstmestfacturen met gehaltes.

Als u paarden van derden inschaart, of als u uw eigen paarden bij derden uitschaart, dan moet er een overeenkomst opgesteld worden. In deze overeenkomst worden het aantal paarden/pony’s, het adres en het UBN-nummer van het perceel (de percelen) en de periode genoemd. De overeenkomst toont aan dat de ene partij mest ontvangt en dat de andere partij mest afzet. Tip: onderteken beiden de overeenkomst.

Meer informatie en/of advies over de mestboekhouding van paardenhouderij? Neem contact op met onze bedrijfsadviseur veehouderij, Paul Venner, pvenner@arvalis.nl, 06-43939706.

Paard

Pagina delen

Sectorgroepen

Dit artikel staat onder de volgende sectorgroep
Paardenhouderij